Icaricia icarioides missionensis
De bedreigde Mission blue heeft een spanwijdte van ongeveer 21–33 millimeter (0,83–1,3 in). Larven zijn extreem klein en worden zelden gezien. De bovenste vleugel van de mannetjes varieert van ijsblauw in het midden tot diep hemelsblauw (verkeerd geregistreerd als turquoise/cyaan tot violet door de meeste fotografische apparatuur, de vleugelkleur heeft geen hint van groen of paars, strikt een spectrum van het zuiverste, helderste, rijkste, helderste blauw vastleggend) en vertoont een verblindende iriserende fluctuatie in bereik onder direct, vol zonlicht. Zwarte randen op de bovenste vleugel hebben "lange, witte, haarachtige schubben". Een sterrenbeeld van pikzwarte stippen (verkeerd geregistreerd als dof grijs door de meeste fotografische apparatuur) omlijst de uitersten van het ventrale oppervlak, waarbij het patroon bekwaam de vleugelvorm complimenteert, wat in spectaculair reliëf wordt geworpen tegen de glinsterende zilverachtige parelmoeren achtergrond, met een fascinerend gedempte hint van donker ijsblauw die vaag vanuit het lichaam omhoogkomt en de aderen doorlopend voor de bleekste, meest delicate accenten doordringt. Lichaamsvorm, ogen, antennes en aanhangsels bezitten een unieke, verfijnde elegantie. De lichamen van de mannetjes zijn donkerblauw/bruin. De bovenste vleugels van de vrouwtjes zijn donkerbruin, maar verder lijken ze op die van de mannetjes. De larven voeden zich alleen met de bladeren van de drie waardplanten lupine (Lupinus albifrons, Lupinus formosus en Lupinus variicolor) die in hun habitat voorkomen. De planten zijn noodzakelijk voor het voortbestaan van de Mission blue. Daarom is het lot van de vlinder nauw verbonden met die van de drie soorten lupine, omdat de planten voedsel en onderdak bieden aan de vlinder in het larvale stadium. De volwassen Mission blue drinkt nectar van een verscheidenheid aan bloemen, veel in de zonnebloemfamilie, met zijn lange proboscis die zich uitstrekt vanaf de onderzijde van zijn hoofd.