Probeer gratis
tab list
Picture Insect
Nederlands
arrow
English
繁體中文
日本語
Español
Français
Deutsch
Pусский
Português
Italiano
한국어
Nederlands
العربية
HOME Toepassing Downloaden Veelgestelde vragen
Nederlands
English
繁體中文
日本語
Español
Français
Deutsch
Pусский
Português
Italiano
한국어
Nederlands
العربية
Icon about
Over
Icon about
Algemene info
Icon about
Zoektips
Icon about
Schadelijk of niet
Icon about
Schadelijke effecten
Icon about
Veelgestelde vragen
Icon about
Vergelijkbare insecten
Icon about
Populaire insecten

Conoderus amplicollis

Conoderus amplicollis

Een soort van Conoderus

Conoderus amplicollis is een keversoort uit de familie kniptorren (Elateridae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1833 door Gyllenhal.

Algemene informatie over Conoderus amplicollis
Identificeer insecten in een handomdraai
Maak een foto om insecten direct te identificeren en risico's in te schatten, zodat je snel inzicht kunt krijgen in beetbeoordeling, giftigheid, ongediertebestrijding, gedrag, habitat en tips voor een veilige interactie etc.
Download de app gratis
Rectangle
Kenmerken van Conoderus amplicollis
Kleuren
Bruin
Volwassen voedselbronnen
Bladeren, bloemen, stuifmeel, nectar, verrottend organisch materiaal
Larven voedselbronnen
Wortels van grassen, wortels van maïs, wortels van kleine granen, wortels van groenten, verrottend plantaardig materiaal
Bijten/steken
Niet gemeld
Allergie-veroorzakend
Niet gemeld
Defensieve aanval
Niet gemeld
Giftig
Niet gemeld
Fytofaag
Niet gemeld
Roofzuchtig
Niet gemeld
Bijtend dier of huisdier
Niet gemeld
Soort Monddelen
Kauwende monddelen
qrcode
Img download isoImg download android
Rectangle
Levenscyclus van Conoderus amplicollis
Ei De eieren van conoderus amplicollis zijn meestal ovaal en afgezet in de grond. Ze zijn klein en variabel van kleur, vaak passend bij hun omgeving, wat helpt bij de camouflage voor roofdieren.
Larve Larven van conoderus amplicollis zijn langwerpig met een harde exoskelet, gelijkend op wireworms. Ze hebben geen echte poten en ondergaan verschillende vervellingen, waarbij ze significant in grootte toenemen bij elke vervelling. Hun kleur kan variëren, vaak een roomwit tot geelbruin.
Pop Als conoderus amplicollis de popstadium ingaat, stopt het met eten en ondergaat het transformaties. Opgesloten in een poppenkastje, is het onbeweeglijk en kwetsbaar. De grootte blijft constant, maar het lichaam ondergaat significante morfologische veranderingen.
Volwassen Uit de pop gekomen, heeft de volwassen conoderus amplicollis vleugels en voortplantingsorganen ontwikkeld. Het exoskelet is verhard en verdonkerd. Volwassenen zijn mobiel, gericht op voeding en voortplanting, met opvallende verschillen in kleur en vorm van eerdere stadia.
Rectangle
Roofdieren van Conoderus amplicollis larven
Vogels, kleine zoogdieren, reptielen, andere insectenetende geleedpotigen
Rectangle
Roofdieren van volwassen Conoderus amplicollis
Vogels, kleine zoogdieren, reptielen, andere geleedpotigen, vleermuizen
Rectangle
Wetenschappelijke classificatie van Conoderus amplicollis
Klasse
Insecten
Icon allow
Classificatie
Kevers
Icon allow
Familie
Kniptorren
Icon allow
Tips voor het vinden van Conoderus amplicollis
Je ultieme gids om insecten te begrijpen
Ontdek de geheimen van insecten levenscycli, habitats, gedrag en observatietips!!
Download de app gratis
Rectangle
Hoe kun je Conoderus amplicollis aantrekken
Voor vangdoeleinden zou aas dat CO2 of andere lokstoffen uitzendt waar conoderus amplicollis op reageert effectief zijn.
Rectangle
Habitatvoorkeuren van Conoderus amplicollis in verschillende levensfasen
Conoderus amplicollis-eieren worden meestal in de grond vlak bij de basis van planten gelegd, waar de larven direct toegang hebben tot wortels voor voeding zodra ze uitkomen. Terwijl de larven groeien, worden ze vaak zittend in de grond gevonden, meestal binnen de wortelzones van verschillende planten. Het zoeken naar larven omvat voorzichtig graven in de grond, vaak in landbouwvelden of tuinen. Verpopping gebeurt nog steeds in de grond, waar de grond bescherming biedt tijdens deze kwetsbare fase. Als volwassenen tevoorschijn komen, kunnen conoderus amplicollis worden gevonden op vegetatie of rondvliegen bij lichten 's nachts. Het zoeken naar volwassen conoderus amplicollis omvat het controleren van het bladerdak van planten of kunstlichtbronnen na zonsondergang, wanneer deze insecten het meest actief zijn.
Rectangle
Wanneer is de beste tijd om Conoderus amplicollis te observeren?
De meest geschikte tijd om volwassen conoderus amplicollis te vinden, zou 's nachts zijn, omdat veel Elateridae-soorten nachtdieren zijn en vaak op lichten worden afgekomen.
Rectangle
Wat is het beste weer om Conoderus amplicollis te observeren?
Vochtige omstandigheden na regen zijn ideaal om conoderus amplicollis te vinden, omdat ze dan actiever kunnen zijn en gemakkelijker te spotten of te vangen zijn.
Rectangle
Hoe en waar vind je Conoderus amplicollis in verschillende levensfasen?
Larve Larven van conoderus amplicollis worden ondergronds gevonden en voeden zich met wortels of met verrottend hout. Om ze te vinden, voorzichtig graven rond de wortels van planten op besmette plekken, op zoek naar wormachtige wezens met een harde, smalle lichaam.
Pop Poppen van conoderus amplicollis worden meestal in de grond of in verrot hout gevormd. Vind ze door voorzichtig verrotte boomstammen uit elkaar te halen of door te zeven door de bovenste laag van de grond op plaatsen waar larven aanwezig waren.
Volwassen Volwassen conoderus amplicollis worden 's nachts aangetrokken tot lichten. Gebruik een lichtval of observeer eenvoudig rond buitenverlichting na zonsondergang. Overdag kunnen ze zich onder schors verstoppen of in bladafval, dus inspecteer ook die gebieden.
Zijn Conoderus amplicollis schadelijk?
Je complete ongediertebestrijdingsgids
Ontdek effectieve tips voor het voorkomen en verdelgen van ongedierteplagen om ongedierte uit de buurt van je huis te houden.
Download de app gratis
Schadelijke effecten van Conoderus amplicollis
Onthul de schadelijke effecten van diverse insecten
Ontdek de gevaren van insecten met betrekking tot giftigheid, dodelijkheid, bijten bij de mens, steken bij de mens, pathogeniteit, hematofagie, allergeniteit, parasitisme etc.
Download de app gratis
Rectangle
Agrarische plagen

Larven van conoderus amplicollis zijn bodeminsectenplagen die verschillende gewassen aanvallen door te knagen aan wortels en stengels, wat kan leiden tot geremde groei en in ernstige gevallen plantendood. Hun impact varieert van mild tot ernstig, afhankelijk van het besmettingsniveau. Zware besmettingen kunnen leiden tot aanzienlijke opbrengstverliezen en kunnen economische gevolgen hebben voor boeren.

Meer effecten van Conoderus amplicollis

Veelgestelde vragen die mensen ook stellen
Krijg snel antwoord op je vragen over insecten
Maak een foto voor onmiddellijke insectidentificatie en antwoorden over beten, giftigheid, ongediertebestrijding, gedrag, habitat en veiligheidstips!
Download de app gratis
Meer insecten die vergelijkbaar zijn met Conoderus amplicollis
Stenagostus rhombeus
Stenagostus rhombeus

Lees meer
Arrow
Aplotarsus incanus
Aplotarsus incanus

Aplotarsus incanus is een keversoort uit de familie kniptorren (Elateridae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1827 door Gyllenhal.

Lees meer
Arrow
Ctenicera pectinicornis
Ctenicera pectinicornis

Versierd met misleidende iriserende kleuren, is ctenicera pectinicornis een meester in metamorfose, met larven bekend als ritnaalden die jarenlang ondergronds kunnen leven, een geheel andere vorm en dieet aannemend vergeleken met hun volwassen tegenhangers. Deze volwassenen onderscheiden zich door hun unieke vermogen om zichzelf met een kenmerkend klikmechanisme in de lucht te lanceren als ze op hun rug worden gelegd, een indrukwekkende prestatie van geminiaturiseerde biomechanica.

Lees meer
Arrow
Ctenicera cuprea
Ctenicera cuprea

Ctenicera cuprea is een keversoort uit de familie kniptorren (Elateridae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1775 door Fabricius.

Lees meer
Arrow
Donkere akkerkniptor
Donkere akkerkniptor

De donkere akkerkniptor (Agriotes obscurus) is een keversoort uit de familie kniptorren (Elateridae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1758 door Linnaeus.

Lees meer
Arrow
Gestreepte kniptor
Gestreepte kniptor

De kever komt van nature voor van Midden-Azië tot Noord-Afrika en is van daaruit ook naar overzeese gebieden versleept.

Lees meer
Arrow
Agriotes acuminatus
Agriotes acuminatus

Lees meer
Arrow
Agriotes pallidulus
Agriotes pallidulus

Agriotes pallidulus is een keversoort uit de familie kniptorren (Elateridae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1807 door Illiger.

Lees meer
Arrow
Andere populaire insecten
Blauwzwarte houtbij
Blauwzwarte houtbij

De blauwzwarte houtbij wordt twee tot bijna drie centimeter lang en is alleen al aan de grootte te herkennen. ook de kleur is opmerkelijk voor een bij; zwart met een sterk iriserende paarse glans. Met name in het zonlicht lijkt het insect eerder paars dan zwart van kleur, vooral de vleugels. Op de foto is deze kleur echter niet goed te zien. Het lichaam is vrij sterk behaard, vooral de poten, en de twee antennes hebben een duidelijke knik. Mannetjes zijn van vrouwtjes te onderscheiden door een lichter deel aan de bovenzijde van de antennes.

Lees meer
Arrow
Gewone komkommerspin
Gewone komkommerspin

De naam van de gewone komkommerspin (Araniella cucurbitina) komt vanzelfsprekende van de duidelijk felle geelgroene kleur van de spin. De kleur van de spin verandert samen met de geslachtsrijpheid en de seizoenen. Zo zijn ze vaak in de herfst, als ze nog niet geslachtsrijp zijn, bruin en rood. In het voorjaar krijgen ze pas de groene komkommerkleur.

Lees meer
Arrow
Europese zwarte schorpioen
Europese zwarte schorpioen

De schorpioen is 35 tot 45 mm lang. De soort komt voor in Noord-Afrika en Zuid-Europa, maar is ook enige keren in Nederland gevonden. De schorpioen is te herkennen aan het zwarte lichaam, de gele poten en de gele angel. Van de drie soorten schorpioenen die in Frankrijk voorkomen (Buthus occitanus, Euscorpius flavicaudis en Euscorpius carpathicus) is dit verreweg de algemeenste die bv vaak in zomerhuisjes in Zuid- Frankrijk wordt gezien. De steek is pijnlijk, maar niet gevaarlijk, vergelijkbaar met die van een bij of wesp.

Lees meer
Arrow
Spinduizendpoot
Spinduizendpoot

De potenparen aan de achterzijde zijn langer dan die aan de voorzijde. Het voorste potenpaar is zeer kort, het achterste paar is juist zeer lang en dun; deze twee laatste poten dienen als tastorgaan. Ook de antennes zijn zeer lang en dun, waardoor de voor- en achterzijde wat op elkaar lijken. De ogen van het dier zijn echter goed te zien. Soorten uit de orde Scutigeromorpha hebben als enige van alle duizendpotigen samengestelde ogen, die beter zijn ontwikkeld. De kleur is lichtbruin tot bruingrijs, op de bovenzijde zijn drie donkere lengtestrepen zichtbaar. De lengte is ongeveer 2,5 tot bijna 4 centimeter.

Lees meer
Arrow
Groene schildwants
Groene schildwants

De groene schildwants is geheel groen van kleur en heeft in tegenstelling tot veel gelijkende wantsen geen duidelijke tekening. De vlies-achtige vleugelpunten van de voorvleugels, aan de achterzijde van het lichaam, zijn bruin, de onderzijde van het lichaam is meer bruinrood van kleur. De bovenzijde van het lichaam heeft soms onopvallende vlekjes of iets lichtere delen maar deze zijn nooit erg geprononceerd en verschillen per individu. De gehele bovenzijde is voorzien van kleine putjes, die van enige afstand niet te zien zijn. De wants kan van kleur veranderen, exemplaren die in winterslaap gaan kleuren bruin. Met hun normale groene kleur zouden ze te veel opvallen in de scheuren in bomen waar ze overwinteren. Zodra de wants in de lente ontwaakt en actief wordt, kleurt het lichaam binnen enkele weken weer groen. Dit verschijnsel van een groene 'zomerkleur' naar een bruine 'winterkleur' komt ook voor bij andere insecten zoals de groene gaasvlieg (Chrysoperla carnea). De groene schildwants heeft net als alle schildwantsen een enigszins (wapen)schild- achtige bovenzijde van het lichaam waaraan de naam 'schild'wantsen te danken is. De wants bereikt een totale lichaamslengte van 12 tot 14 millimeter waarbij de vrouwtjes iets groter worden dan de mannetjes. Het lichaam van de wants lijkt uit één geheel te bestaan maar is net als alle insecten verdeeld in drie delen; de kop (A), het borststuk of thorax dat de poten en vleugels draagt (B) en ten slotte het achterlijf of abdomen (C). De voorzijde van de kop wordt de clypeus genoemd (1), de kop draagt twee duidelijke antennes (2) die altijd vijf geledingen hebben waarbij opvalt dat de laatste twee verbreed en roodbruin van kleur zijn. Aan de zijkanten van de kop zijn de ogen gelegen (3). Achter de ogen, tegen de rand van het halsschild, zijn twee enkelvoudige ogen of ocelli gelegen. Deze zijn klein maar doordat ze een roodbruine kleur hebben steken ze af tegen de verder groene kop zodat ze goed te zien zijn. Het halsschild (4) is relatief groot en beschermt een deel van de kop. Het is voorzien van vele kleine putjes die een donkere kleur hebben, aan de voorzijde is het halsschild voorzien van twee gespiegelde gladde lijnen die een oog-achtige vorm hebben. Het scutellum of schildje (5) is bij de meeste wantsen erg klein maar de schildwantsen hebben juist een vergroot scutellum dat een deel van het achterlijf bedekt. Achter het scutellum zijn de vleugels gelegen, net als alle vliegende insecten heeft de wants een paar achtervleugels en een paar voorvleugels. De voorvleugels zijn net zoals bij de kevers verhard, echter het achterste deel van de vleugel van wantsen is vliezig en half doorzichtig. Bij kevers zijn de voorvleugels geheel verdikt en worden dekschilden of elytra genoemd. Omdat bij wantsen zoals de groene schildwants de vleugel slechts deels is verdikt worden ze hemi-elytra genoemd wat halfverhard betekent. De hemi-elytra bestaan uit verschillende delen, die gescheiden worden door aderen. Het verharde deel van de voorvleugels bestaat uit een drietal vlakken die van de binnen- naar de buitenzijde worden aangeduid met de clavus (6), het corium (7) en het embolium (8). De vliezige achterzijde van de voorvleugels wordt het membraan (9) genoemd. Bij schildwantsen steekt de rand van het platte achterlijf aan weerszijden uit onder de vleugels. Het achterlijf bestaat net als alle insecten uit rug-en buikplaten die respectievelijk tergieten en sternieten worden genoemd. Deze zijn aan de randen voorzien van een rij platen die wel met laterotergieten (10) worden aangeduid. Het geheel aan laterotergieten wordt het connexivum genoemd, het connexivum zorgt in belangrijke mate voor het wapenschild-achtige silhouet van schildwantsen. De poten van de wants zijn typisch insectachtig, de poot is middels de heup of coxa aan het lichaam verbonden, de heup is op de afbeelding niet te zien. De dij of het femur (14) is het breedste deel van de poot, na de dij volgt de scheen of tibia (13), dit is het langste deel van de poot. De scheen draagt ten slotte de tarsus of voet (12), deze is geleed en bestaat uit meerdere tarci. Het laatste deel draagt twee kleine klauwtjes (11). De pootuiteinden zijn net als de antennes roodbruin gekleurd. Op de afbeelding rechts zijn verschillende lichaamsdelen van de wants aangegeven met pijlen; gele pijlen geven de stigmata of ademopeningen aan, de rode pijl geeft de geurklier tussen de middelste en de achterste poten aan. De groene pijl wijst naar het labrum, de blauwe pijl naar de zuigsnuit of rostrum. De nimfen doen keverachtig aan door het ronde lichaam, zie voor de beschrijving van de nimfen onder voortplanting.

Lees meer
Arrow
Roodwitte celspin
Roodwitte celspin

De lengte is ongeveer 11 - 15 mm voor de vrouwtjes. De mannetjes zijn half zo groot. De pootspanwijdte van vrouwtjes is maximaal 2 cm, die van mannetjes 1 cm. De kop heeft zes enkelvoudige ogen waarmee de spin vanwege de nachtactieve levenswijze zeer slecht kan zien. Het kopborststuk is bruin tot roodachtig, het achterlijf is wit tot witgeel. Het lichaam heeft korte pootjes waardoor de spin niet hard kan lopen. Hier heeft het dier niet al te veel hinder van, want de favoriete prooi, de pissebed, is ook niet snel. De kaken en de giftanden zijn tamelijk groot, bij het vrouwtje tot wel 0,5 cm. De kaken zijn enorm krachtig zodat ze met gemak door het pantser van een pissebed kunnen snijden.

Lees meer
Arrow
Eratigena duellica
Eratigena duellica

Eratigena duellica , de gigantische huisspin, is een soort trechterwever in de spinnenfamilie Agelenidae. Het wordt gevonden in Canada, de Verenigde Staten en Europa. De verwante soort Eratigena atrica wordt ook wel de Reuzen huisspin genoemd. Eratigena atrica werd in 2013 overgebracht van het geslacht Tegenaria. Het werd beschouwd als dezelfde soort als Eratigena atrica tot 2018, toen Eratigena duellica, Eratigena saeva en Eratigena atrica als afzonderlijke soorten werden hersteld.

Lees meer
Arrow
Kerkzesoog
Kerkzesoog

De kerkzesoog of Florentijnse muurspin (Segestria florentina) is een spin uit de familie zesoogspinnen (Segestriidae).

Lees meer
Arrow